Boekje open: Eveline de Vletter
Eveline de Vletter schrijft een boek over haar grootvader, Gerard Sizoo, en zijn gezin. Eveline de Vletter was jarenlang tv-redacteur onder andere van talkshows als DWDD en M. Sinds ze met haar boek is begonnen, heeft ze de schrijf-smaak te pakken en is zij zich aan het omscholen. Ze doet een opleiding scenarioschrijven en schrijft tv pitches voor een mediabedrijf. Sizoo is haar debuut en verschijnt najaar 2022.
Er is veel veranderd in mijn leven sinds ik een boek schrijf. Om te beginnen is mijn huis veranderd in een to-ta-le schrijfsituatie. De muren hangen vol met foto’s, krantenartikelen en plattegronden. De tafel is op schrijfdagen bezaaid met oude paspoorten, broze boeken én een rijtje dagboeken. Mijn grootmoeder schreef er voor elk kind één; tien stuks. De eerste begint in 1929 en de laatste eindigt in 1947. Toen ik het eerste dagboekje onder ogen kreeg en hoorde dat er nog negen moesten zijn, begon in feite mijn onderzoek. Nu ontcijfer ik het sierlijke handschrift en reconstrueer het leven van mijn grootouders aan het Olympiaplein in Amsterdam. Tussen de regels vind ik aanknopingspunten voor het - deels geheime – leven van mijn grootvader. Dat speelt zich grotendeels af op zijn natuurkundig laboratorium, om de hoek. Het leven van Gerard Sizoo, mijn grootvader, begint in 1900, Rotterdam. Op zijn 18e is hij wees en kan hij zijn grote wens om te studeren wel vergeten. Met een omweg komt hij toch in Leiden terecht, schopt hij het tot professor en voorkomt hij dat de Duitsers een allesverwoestend wapen in handen krijgen tijdens WOII. Ondertussen krijgen Truus, mijn grootmoeder, en hij ook nog even tien kinderen.
Al maanden ontbijten míjn kinderen en ik naast foto’s van Einstein (er zíj́n ook foto’s met zijn tong ín z’n mond!), lunchen we tegenover vergeelde collegezalen en proosten we naast de piepjonge versies van mijn grootouders in roaring twenties-stijl. Een voor één heb ik de boekjes van mijn ooms en tantes verzameld. Als die weer eens uitgestald op mijn tafel liggen, realiseer ik me dat mijn grootmoeder ook in zo’n schrijfsituatie heeft gezeten, bijna honderd jaar terug en precies aan de andere kant van de stad. Mijn grootmoeder schreef over haar kinderen. Ik schrijf over mijn grootouders, Gerard en Truus Sizoo. Misschien komen we in het midden bij elkaar.